Mijlpalen van de mobiliteit (2) Maak plaats voor het leger

22.07.2024

Miguel Vertriest schreef voor het vakblad "Verkeersspecialist" de canon van de mobiliteit. Hij neemt je mee langs de negen belangrijkste mijlpalen  van de mobiliteit. De tweede mijlpaal is de heirbaan van het Romeinse Rijk. 

De Romeinen bouwden hun wereldheerschappij uit via een samenhangend netwerk van meer dan 100.000 km wegen, de heirbanen. “Alle wegen leiden naar Rome,” luidt het spreekwoord en twee millennia geleden was dat letterlijk het geval. Op het Forum Romanum vinden we het begin van alle wegen, gesymboliseerd door de Milliarium Aureum, de Gouden Mijlpaal, of kilometerpunt nul voor alle heirbanen.

Snelwegen voor de romanisering

‘Heir’ is het Middeleeuwse woord voor leger. Denk maar aan het Franse woord ‘guerre’, het leger als verblijfplaats van de haas, in het Engels ‘hare’ of zelfs de naam Herman, dat eigenlijk gewoon soldaat wilde zeggen. Naast de verplaatsing van de Romeinse legioenen was een nog belangrijker gevolg van de heirbanen het verspreiden van de Romeinse cultuur, gewoonten en taal, ook wel de romanisering genoemd, naar de veroverde provincies. In onze contreien betekende de komst van de heirbanen het einde van de prehistorie.

De bekendste heirbaan is de Via Appia, waarvan de bouw begon in 312 voor Christus. Met de val van het Romeinse Rijk, raakten de heirbanen in verval. Toch bleven ze nog eeuwen hoofdroutes voor handel, reizigers en legers. Koningin Brunhilde (534-613) van Austrasië (geografisch een deel van Frankrijk, Duitsland, België en Nederland) liet heel wat heirbanen herstellen. Vandaag vinden we de naamgeving nog terug in heel wat straatnamen: Heirstraat, Heerweg, Hoogstraat, Romeinse Baan, Chaussée Brunehaut, … of zijn de heirbanen opgenomen in wandel- en fietsroutes, zoals de Varentstraat, die we kennen uit het wielervoorjaar.

De Varent

De Varentstraat, een lange weg op het grondgebied van Kaster (Anzegem) en Kerkhove (Avelgem), maakte oorspronkelijk deel uit van de Romeinse heirbaan Bavai-Oudenburg. Foto: Willy Vereenooghe

Verharde, kaarsrechte wegen

Zoveel is er eigenlijk niet veranderd aan de aanleg van wegen. Bij de heirbanen werd eerst een bedding gegraven, met daarin onderaan lagen aangestampte leem of zand en een fundering van platte stenen die lokaal gevonden werden. Daarbovenop kwam een egalisatielaag bestaande uit zand of leem en de toplaag bestond uit grind. Kasseien of plavuizen werden enkel in steden gebruikt. De weg zelf was bolvormig, noodzakelijk voor de afwatering.

De heirbanen waren eigenlijk geen lange, kaarsrechte wegen, maar verbonden nederzettingen met elkaar. Barrières in het landschap werden vakkundig omzeild. Al kilometers voor de rivier veranderde de heirbaan geleidelijk van richting om op de best geschikte oversteekplaats de waterloop over te steken. Dat was mogelijk door een gedegen terreinverkenning, door de inzet van landmeters en een instrument als de groma, dat het mogelijk maakte rechte lijnen en hoeken uit te zetten. Dit was niet helemaal nauwkeurig, op bergkammen werden correcties uitgevoerd. De Romeinse ingenieurs vermeden drassige gebieden en onstabiele ondergrond.

De breedte van de heirbaan varieerde van 5 tot 10 meter en was (naast de terreingesteldheid) afhankelijk van het administratieve en/of militaire belang van de weg, daarmee waren de Romeinen meteen ook de eersten met een echte wegcategorisering.

Ook de voorzieningen langs de heirbanen waren meticuleus afgemeten. Om de 10 mijl (14,81 km), de afstand die een koerier in een uur moest afleggen, was er een wisselplaats (mutatio) en om de 30 mijl een statio of mansio, met logeerkamers, een stalling voor paarden en rijtuigen en een smidse. Het grote voordeel dat de Romeinen ten opzichte van vandaag hadden, was dat het landschap toen veel minder dicht bebouwd was.

De geschiedenis zal zich herhalen

Dankzij de heirbanen controleerde het Romeinse Rijk met een leger van amper 300.000 soldaten een enorm territorium met naar schatting 60 miljoen inwoners. Wegen en militaire operaties zijn sterk verbonden met elkaar. Na de Tweede Wereldoorlog, onder de dreiging van de Koude Oorlog, werd zowel in Europa als in Noord-Amerika aan een sneltreintempo (sic) een enorm netwerk van snelwegen uitgebouwd. Die moesten het mogelijk maken troepen en goederen in een mum van tijd naar het front te brengen.